De SIL-waarde van een SIL-lus degradeert na verloop van tijd. Daarom moet de geïntegreerde veiligheidsfunctie (SIF) van het instrumentele monitoringsysteem (SIS) worden getest met een bepaalde frequentie, die meestal wordt bepaald door de OEM van het systeem. Het is immers belangrijk om er zeker van te zijn dat een machinebeveiligingssysteem goed functioneert wanneer dat de bedoeling is. Dit artikel benadrukt de noodzaak om volledige proof-tests en gedeeltelijke proof-tests uit te voeren om de SIL-rating van een machinebeveiligingssysteem te handhaven.
De eindgebruiker van een veiligheidssysteem is er verantwoordelijk voor dat proof-tests wordt uitgevoerd volgens de specificaties van de fabrikant (OEM). Met deze proof-tests blijft de kans op een storing(PFD: probability of failure on demand) binnen aanvaardbare grenzen. Er zijn twee soorten proof-tests die gebruikt kunnen worden om de SIL-waarde te handhaven; volledige proof-tests en gedeeltelijke proof-tests.
De SIL-waarde van een veiligheidslus daalt na verloop van tijd. Door het uitvoeren van gedeeltelijke proof-tests en volledige proof-tests kan de SIL-waarde worden behouden of hersteld.
Volledig proof-tests
Een volledige proof-test wordt uitgevoerd tijdens een geplande stilstand (bijvoorbeeld een turnaround). Tijdens deze test wordt elke gevaarlijke storingsmodus getest, die 100% van de veiligheidsfuncties van een machinebeveiligingssysteem omvat. De SIL-waarde wordt dan hersteld naar de oorspronkelijke waarde. Nadat de test heeft plaatsgevonden en de SIL-waarde is hersteld, zal deze in de loop van de tijd weer dalen. Door met een bepaalde frequentie een volledige proof-test uit te voeren, kan de SIL-waarde continu worden gehandhaafd.
Volledige proof-tests zijn niet altijd mogelijk; sommige machines moeten altijd operationeel zijn, behalve tijdens turnaround projecten. In dat geval is downtime om een veiligheidssysteem te testen te duur om een volledige proof-test te rechtvaardigen. Een gedeeltelijke proof-tests is een goed alternatief, maar zal de SIL-waarde niet volledig herstellen of behouden. Het is echter veel beter toepasbaar omdat de machine (gedeeltelijk) operationeel kan zijn tijdens een gedeeltelijke proof-test.
Gedeeltelijk proof-tests
Met gedeeltelijke proof-tests kunnen 2oo3 testen worden gebruikt. Dit betekent dat twee delen van de veiligheidslus worden beveiligd tijdens het testen terwijl het derde deel wordt getest, in een 2oo3 sensorconfiguratie zou dit betekenen dat één sensor wordt getest en de andere twee sensoren worden beveiligd. De veiligheidsfuncties van het veiligheidssysteem worden gedeeltelijk getest, maar nooit volledig, omdat hiervoor alle veiligheidscomponenten tegelijkertijd getest moeten worden. Met deze testmethode kan dus geen 100% dekking worden bereikt. Daarom zal een gedeeltelijke proof-test de SIL-rating slechts tot op zekere hoogte herstellen. Dit komt de SIL-rating minder ten goede dan een volledige proof-test, maar is vaak gemakkelijker toe te passen omdat de machine niet (volledig) stil hoeft te staan door middel van 2oo3 testen. De SIL-rating daalt dan weer in de loop van de tijd, de speed waarmee dit gebeurt hangt af van de dekking (%) van de gedeeltelijke proof-test.
Advies over functionele veiligheid
Istec biedt een consultancy service om vooraf de SIL proof-test procedure te bepalen. Het is ook mogelijk om de SIL proof-test uit te laten voeren tijdens troubleshooting door een van Istec's functional safety engineers. Lees meer over onze consultancy op het gebied van functionele veiligheid »